Terugstroom van urine richting de nieren
Terugstroom van urine richting de nieren
Bij uw kind is terugstroom van urine richting de nieren vastgesteld. Dit heet vesico-ureterale reflux (VUR). Bij vesico-ureterale reflux (VUR) stroomt er urine vanuit de blaas omhoog richting de nieren. Dit is normaal niet het geval. Deze terugstroom verhoogt de kans op het ontwikkelen van nierbekkenontstekingen. Dit komt omdat er door de terugstroom eenvoudiger bacteriën vanuit de blaas in de nier komen.
Urine wordt gemaakt door de nieren. Normaalgesproken stroomt urine via de urineleiders richting de blaas. In de blaas wordt de urine opgeslagen tot er geplast wordt.
Bij kinderen met vesico-ureterale reflux (VUR) vloeit urine niet alleen van de nier richting de blaas, maar is er ook terugstroom vanuit de blaas (omhoog) richting de nier. Deze terugstroom kan ontstaan wanneer het afsluitmechanisme van de urineleider bij de inmonding in de blaas niet goed meer functioneert of niet goed is aangelegd. VUR kan aan één kant voorkomen, maar ook in beide urineleiders voorkomen.
VUR wordt veelal veroorzaakt door een aangeboren afwijking. Soms komt het echter door een afwijkend plaspatroon en een hoge druk in de blaas.
Symptomen uitklapper, klik om te openen
De voornaamste symptomen van VUR zijn urineweginfecties met koorts. Wanneer op jonge leeftijd sprake is van meerdere urineweginfecties met koorts (nierbekkenontstekingen), kan dit veroorzaakt worden door VUR. Niet alle kinderen met VUR hebben echter last van urineweginfecties met koorts. Deze kinderen zullen weinig tot niets merken van de terugstroom van urine.
Wanneer uw kind VUR heeft en er tekenen van een urineweginfectie zijn, zoals plasklachten of koorts, controleert u laagdrempelig de urine op tekenen van ontsteking. De arts bespreekt of het urineonderzoek kan plaatsvinden bij de huisarts, in een algemeen ziekenhuis of dat het in het Wilhelmina Kinderziekenhuis moet plaatsvinden.
Oorzaken uitklapper, klik om te openen
VUR wordt veelal veroorzaakt door een aangeboren afwijking. Soms komt het echter door een afwijkend plaspatroon en een hoge druk in de blaas.
Onderzoek en diagnose uitklapper, klik om te openen
Bij de prenatale echo’s tijdens de zwangerschap, kunnen er bevindingen wijzen op de aanwezigheid van VUR. Na de geboorte zal dit mogelijk verder onderzocht moeten worden.
Als er tijdens de zwangerschap vermoedens zijn op VUR zal in de eerste weken na de geboorte vaak een echografie van de urinewegen verricht worden. Bij een echografie die om andere medische redenen wordt uitgevoerd, kunnen er ook aanwijzingen zijn voor VUR. Een uitgezette urineleider en/of nierbekken kunnen bij echografie onderzoek aanwijzingen zijn voor VUR.
Om VUR daadwerkelijk te constateren, en de mate ervan vast te stellen, is een blaasonderzoek nodig. Dit onderzoek wordt een mictiecystogram genoemd. Bij dit onderzoek wordt een klein slangetje (katheter) via de plasbuis in de blaas ingebracht. Vervolgens wordt de blaas gevuld met contrastvloeistof. Tijdens het onderzoek worden meerdere röntgenfoto’s gemaakt, zowel tijdens vullen van de blaas als tijdens plassen. Op deze foto’s kan gezien worden of de contrastvloeistof vanuit de blaas terugstroomt naar de nier en in welke mate dat gebeurt.
Behandeling uitklapper, klik om te openen
VUR zonder urineweginfecties is op zichzelf vrijwel nooit schadelijk. VUR kan bij bepaalde kinderen ook spontaan verdwijnen. De behandeling van VUR is dan ook voornamelijk gericht op het voorkomen van urineweginfecties met koorts. Deze infecties kunnen op termijn namelijk schadelijk zijn voor de nieren.
Er bestaan meerdere behandelopties voor VUR. De opties zijn afhankelijk van de situatie en worden door uw arts met u besproken:
De verschillende behandelopties zijn als volgt:
- Afwachtend beleid
Indien beperkte terugstroom wordt ontdekt kan een afwachtend beleid afgesproken worden waarbij uw kind periodiek gecontroleerd wordt. Bij tekenen van een urineweginfectie zal urine onderzocht moeten worden. Indien er dan een infectie wordt vastgesteld kan antibiotische behandeling worden gestart. - Onderhoudsbehandeling met antibiotica
Door middel van een lage dagelijkse dosis antibiotica in drankvorm wordt de kans op urineweginfecties verkleind. Deze onderhoudsbehandeling wordt vaak voorgeschreven tijdens het eerste levensjaar. Dit wordt gedaan om baby’s te beschermen tegen infecties in deze kwetsbare periode. Afhankelijk van de mate van de terugstroom, symptomen en de inschatting of de VUR bij uw kind spontaan kan verdwijnen, kan in samenspraak met uw arts overwogen worden om op proef de medicatie te staken op de leeftijd van 1 jaar. - Dexell behandeling
Bij een Dexell behandeling wordt tijdens een kijkoperatie gel (Dexell) ingespoten onder de opening van de urineleider. Hiermee wordt de terugstroom van urine bemoeilijkt.
Lees meer over de Dexell behandeling > - Ureter-reïmplantatie
Tijdens deze operatie wordt de urineleider losgemaakt uit de blaas, iets ingekort en opnieuw ingehecht (reïmplantatie). Hierdoor kan de urine goed stromen van de nier naar de blaas en wordt de kans op terugstroom van urine richting de nier klein.
Lees meer over de ureter-reïmplantatie >
Bij het UMC Utrecht uitklapper, klik om te openen
In het WKZ worden alle bovenstaande behandelingen uitgevoerd. Uw arts zal de beschikbare opties met u doornemen om samen te beslissing welke behandeling het meest geschikt is.
Contact uitklapper, klik om te openen
Als u een afspraak wilt maken op de polikliniek urologie hebt u een verwijzing nodig van uw huisarts of specialist.