Terug

Dreigende vroeggeboorte

Dreigende vroeggeboorte

Patiëntfolder

Het is een spannende tijd voor u, omdat uw kind misschien ruim voor de uitgerekende datum wordt geboren (vóór 32 weken). Dit noemen we een dreigende vroeggeboorte. Met deze folder willen we u ondersteunen bij de voorbereiding op wat u kunt verwachten als uw kind inderdaad te vroeg geboren wordt.

Om te beginnen is het belangrijk te weten dat een deel van de vrouwen bij wie er sprake is van een dreigende vroeggeboorte, uiteindelijk toch rond de uitgerekende datum bevalt. Hoe groot de kansen hierop zijn kan de gynaecoloog u vertellen.

Als uw kind toch vóór 32 weken geboren wordt, dan zal het na de geboorte opgenomen worden op de intensive care voor pasgeborenen. Dit heet de Neonatale Intensive Care Unit, in het kort NICU genoemd. Hier krijgen kinderen de zorg die ze nodig hebben.

De eerste minuten na de geboorte uitklapper, klik om te openen

Bij de geboorte staan er meerdere zorgverleners klaar om uw kind op te vangen. Uw kind kan maar heel kort, of zelfs helemaal niet, bij u liggen omdat er hulp gegeven moet worden bij de ademhaling. Een verpleegkundige loopt met uw kind naar de opvangkamer naar het team dat daar staat te wachten. Een partner of andere naaste, indien aanwezig, kan mee. Uw kind krijgt een muts op en zit met het hele lijfje in een plastic zak om warm te blijven.

De meeste kinderen zijn in de eerste minuten na de geboorte nog niet mooi roze en huilen niet zo krachtig als op tijd geboren kinderen. Dat komt doordat de longen direct na de geboorte moeilijk opengaan. Dit kunt u vergelijken met een nog niet eerder opgeblazen ballon. Het kost een pasgeboren kind daarom in het begin veel kracht om zelf te ademen. Juist die kracht hebben te vroeggeboren kinderen minder. Gelukkig kunnen we te vroeggeboren kinderen vaak goed helpen bij het ademhalen. Dit doen we met een kapje dat over de neus en mond wordt geplaatst waarmee ‘pufjes’ lucht in de longen geblazen worden Hierdoor wordt het ademhalen voor uw kind makkelijker. Zodra uw kind voldoende zelf ademhaalt, worden deze pufjes gestopt. Soms is het nodig om een beademingsbuisje in te brengen.

We plaatsen een dun plastic buisje in een bloedvat in een hand of voet van uw kind. Het plaatsen gebeurt door een prik. Dit is nodig om medicijnen, vocht en voedingsstoffen te kunnen toedienen. Omdat de bloedvaten nog erg klein zijn, kan het soms nodig zijn dat er meer dan één keer geprikt wordt voordat het infuus goed zit. Dat kan voor u als ouder vervelend zijn om te zien. U kunt uw kind troosten door het aan te raken. De verpleegkundige zal u uitleggen hoe u dat het beste kunt doen. 

Naar de NICU uitklapper, klik om te openen

Zodra uw kind stabiel genoeg is, wordt hij/zij in een couveuse op wielen gelegd. Een couveuse is een speciale, afgesloten wieg, waarin pasgeboren kinderen warm gehouden kunnen worden. Met de couveuse rijden we naar de moeder toe, zodat u ook uw kind kan zien, voordat we naar de afdeling (NICU) gaan. De couveuse is doorzichtig, maar door de vele slangetjes is het vaak lastig om alles goed te zien – zeker als u zelf misschien nog bij moet komen van de bevalling. Soms is het mogelijk uw kind even vast te houden voordat het naar de NICU gebracht wordt. Wij streven ernaar dit voor zo veel mogelijk ouders mogelijk te maken. We kunnen u pas na de geboorte vertellen of dit ook bij uw kind mogelijk is, omdat het van veel factoren afhangt. Natuurlijk mag u foto’s en video’s maken. De verpleegkundige zal ook foto’s/video’s maken.

Aankomst op de NICU uitklapper, klik om te openen

Uw kind wordt naar de afdeling gereden. Ook nu kan een partner of naaste meelopen als u dat prettig vindt. Voordat u de afdeling binnen gaat, moet u uw handen schoonmaken met alcohol. Ook wordt u gevraagd uw horloge, armbanden en ringen af te doen. Dit doen we om de kleine en kwetsbare kinderen op onze afdeling te beschermen tegen infecties. Zodra uw kind op de afdeling is, zal het gewogen worden en krijgt het een luier om. Ook zullen we hem of haar aansluiten aan meerdere apparaten, o.a. om de hartslag en ademhaling goed in de gaten te kunnen houden.

Bron: van den Heuvel, J.F.M. et al. Digital decision aid for prenatal counseling in imminent extreme premature labor: development and pilot testing. BMC Med Inform Decis Mak 22, 7 (2022).

Aandachtspunten uitklapper, klik om te openen

Doordat de organen nog niet voldoende ontwikkeld zijn, heeft uw kind tijdelijk extra hulp nodig. De eerste tijd na de geboorte zijn er een aantal dingen waar we als zorgverleners goed op letten. Hieronder staan de belangrijkste punten genoemd. Hebt u hier vragen over, stel ze gerust aan de verpleegkundigen en artsen op de afdeling.

Longen uitklapper, klik om te openen

De longen zijn nog klein en nog niet goed ontwikkeld in vergelijking met de longen van op tijd geboren kinderen. De spieren die helpen bij de ademhaling zijn minder sterk. Om die reden hebben bijna alle kinderen die op de NICU opgenomen worden vanwege vroeggeboorte ondersteuning van de ademhaling nodig. Met een machine geven we zuurstof en kamerlucht dat via de neus in de longen wordt geblazen. Ook werkt de reflex om adem te halen nog niet goed waardoor kinderen regelmatig ‘vergeten’ adem te halen. Deze reflex om goed adem te halen wordt steeds beter wanneer uw kind ouder wordt. Tot die tijd houden we de ademhaling goed in de gaten met behulp van een monitor. U zult merken dat er regelmatig geluidsalarmen klinken op onze afdeling. Het afgaan van een alarm is meestal geen reden tot zorg, maar kunt u wel laten schrikken. De verpleegkundige houdt deze alarmen in de gaten en stemt de zorg af op wat uw kind nodig heeft.

Voeding uitklapper, klik om te openen

Omdat de maag en darmen van uw kind nog niet goed ontwikkeld zijn, geven we de eerste dagen na de geboorte de meeste voedingsstoffen via een infuus in een bloedvat in een hand of voet Als we denken uw kind langere tijd een infuus nodig zal hebben wordt vaak een slangetje (‘lijn’) ingebracht in een groter bloedvat (ader), zoals in de navelstreng of in de elleboog. Zo’n slangetje kan langer blijven zitten. Zodra het kan, krijgt uw kind ook (uw) melk. Omdat uw kind nog niet zelf kan drinken, wordt dit gegeven via een sonde. Dit is een dun slangetje via de neus of mond naar de maag.  Moedermelk wordt makkelijker opgenomen door de darmen dan kunstvoeding en het verlaagt de kans op een ernstige darminfectie. Als u van plan bent om borstvoeding te geven, krijgt u hierbij hulp en uitleg van de kraamverpleegkundige en eventueel een lactatiekundige. Het kolven wordt het liefst snel na de geboorte gestart. Wij zullen toestemming vragen om donormelk te mogen geven zolang er nog onvoldoende eigen moedermelk is. De donoren en donormelk zijn zorgvuldig getest.

Infectie uitklapper, klik om te openen

Uw kind is de eerste maanden na de geboorte nog erg gevoelig voor infecties. De meeste kinderen maken tijdens hun opname op de NICU wel één of meerdere periodes mee waarin we denken dat ze last hebben van een infectie. Meestal zijn deze infecties goed te behandelen met medicijnen (antibiotica), maar ze kunnen ook ernstiger zijn. Daarom starten we al bij milde tekenen van een infectie met het geven van antibiotica. Moedermelk beschermt tegen infecties.

Hersenen uitklapper, klik om te openen

De NICU in het WKZ is gespecialiseerd in de ontwikkeling van de hersenen van pasgeboren kinderen. Wij zullen de hersenontwikkeling van uw kind goed in de gaten houden. Dit doen we bijvoorbeeld door het maken van echobeelden van de hersenen. Bij een echo brengen we weefsels en organen in beeld met geluidsgolven. Zo kunnen we bijvoorbeeld kleine bloedingen in de hersenen opsporen. Deze bloedingen kunnen ontstaan doordat de bloedvaten in de hersenen van te vroeggeboren kinderen nog erg kwetsbaar zijn. Meestal zijn deze hersenbloedingen klein en onschuldig, maar soms gaat het om grotere bloedingen die van invloed kunnen zijn op de ontwikkeling van uw kind in de toekomst.

Wat kunt u zelf doen voor en met uw kind? uitklapper, klik om te openen

Ook al bent u pas net (opnieuw) ouders geworden, u bent heel belangrijk voor u kind en dus ook voor ons. Er is niemand die uw kind beter kent en/of beter leert kennen dan uzelf. Juist daarom is belangrijk dat u (als u dit wilt) meedenkt en waar mogelijk meebeslist in de behandeling van uw kind.

  • U kunt helpen bij de verzorging en worden daarin begeleid door de verpleegkundigen. De verpleegkundigen zullen u leren hoe u uw kind het beste kunt verzorgen, zodat u hierin steeds meer zelfstandig wordt.
  • U kunt uw kind troosten tijdens momenten waarop hij/zij zich niet prettig voelt.
  • U kunt met uw kind ‘buidelen'. Tijdens het buidelen wordt uw kind op uw blote borst gelegd. De warmte van uw lichaam, het ritme van uw ademhaling, het geluid van uw hartslag en uw geur helpt uw kind zich te ontspannen en tot rust te komen. Deze momenten samen zijn heel belangrijk voor uw band, maar ook voor de ontwikkeling van uw kind.
  • U kunt ook 1x per week aansluiten bij de artsenvisite waarbij de artsen en verpleegkundigen samen met u bespreken hoe het met uw kind gaat en spreekt u samen een behandelplan af voor de komende dag(en).
  • U bent 24 uur per dag welkom op de afdeling en kunnen ons dag en nacht bellen voor vragen/zorgen. U kunt niet op de NICU blijven slapen. Naast het WKZ is een Ronald McDonald huis waar ouders kunnen slapen. Dit is afhankelijk van uw woonplaats en/ of er plek is in het Ronald McDonald huis.   
  • In folder IC Neonatologie kunt u meer lezen over de bezoekregeling en het langskomen van broertjes/ zusjes. 

Overlevingskansen uitklapper, klik om te openen

U vraagt zich misschien af wat de kansen zijn dat uw kind blijft leven. Dit is van veel verschillende dingen afhankelijk, zoals het geboortegewicht, de zwangerschapsduur en of u medicijnen hebt gehad om de longontwikkeling van uw kind te helpen. Gelukkig kunnen we zeggen dat (zonder aangeboren afwijkingen of ernstige problemen bij de geboorte) de overlevingskans van een kind dat geboren wordt bij een zwangerschapsduur van 26-27 weken, ongeveer 85-90% is. Tussen 28 en 32 weken ligt deze overlevingskans tussen 95 en 100%.

De toekomst uitklapper, klik om te openen

Ook vraagt u zich misschien af hoe de toekomst van uw mogelijk te vroeggeboren kind eruit zal zien. Te vroeggeboren kinderen hebben een verhoogde kans op problemen later in hun leven. Daarbij kunt u denken aan problemen met de geestelijke ontwikkeling, lichamelijke ontwikkeling of problemen met horen of zien. Wat de precieze kansen hierop zijn, is erg moeilijk om te voorspellen. Dit komt omdat de ontwikkeling door heel veel factoren beïnvloed wordt. De zwangerschapsduur, het geboortegewicht en eventuele problemen tijdens opname op de NICU zijn belangrijke factoren. Maar ook: erfelijkheid, omgeving en opvoeding. Het is belangrijk om te weten dat de meeste vroeggeboren kinderen zich ontwikkelen zonder ernstige problemen.

Gesprekken uitklapper, klik om te openen

Tijdens de opname vertellen we u steeds hoe het met uw kind gaat. Hierbij hebben de verpleegkundigen een belangrijke rol. U spreekt de verpleegkundigen elke dag meerdere keren. Ten minste één keer per week spreekt u met een arts of PA (physician assistant). Hij/zij vertelt u meer over hoe het met uw kind gaat en welke behandeling van uw kind nodig is. Als ouders leert u uw kind het allerbeste kennen. Daarom vinden we het ook belangrijk om van u te horen hoe u vindt dat het met uw kind gaat.

Ondersteuning uitklapper, klik om te openen

We begrijpen dat er veel op u af komt in deze intense periode. Maatschappelijk werk kan u helpen met praktische tips en het bieden van een luisterend oor, we kunnen dit voor u opstarten. Het kan daarnaast ook heel fijn zijn om herkenning te krijgen, gezien te worden en vragen te kunnen stellen aan ervaringsdeskundige ouders/buddy’s. Vaak is één woord of blik genoeg als basis voor vertrouwen wederzijds. Vanuit de NICU kunnen we u als ouders een buddy aanbieden. De verpleegkundige kan u nog meer informatie geven. Wilt u als ouder deelnemen aan dit buddyproject, stuur dan een mail naar Sophie van der Schoor via s.r.d.vanderschoor-2@umcutrecht.nl. Daarnaast kunnen we u verwijzen naar de ouder- en patiëntenvereniging voor te vroeg, te klein en/of ziek geboren kinderen en hun ouders: Care4neo (www.care4neo.nl). Zij bieden informatie en ook lotgenotencontact.

Universitair medisch centrum uitklapper, klik om te openen

Het WKZ is onderdeel van het universitair medisch centrum. Dit houdt in dat we wetenschappelijk onderzoek doen. We doen onderzoek om de zorg voor te vroeggeboren kinderen steeds verder te verbeteren. De kans is groot dat we u gedurende de opname vragen om deel te nemen aan één of meerdere studies. Dit is altijd vrijwillig (u kunt hier ‘nee’ tegen zeggen) en we informeren u goed. In een universitair medisch centrum werken zeer ervaren artsen en verpleegkundigen, maar ook zorgverleners die opgeleid worden. Achterin deze folder leest u welke zorgverleners u op onze afdeling zult ontmoeten.

Overplaatsing uitklapper, klik om te openen

Zodra uw kind zo stabiel en groot geworden is dat hij/zij geen intensieve zorg meer nodig heeft, zal uw kind overgeplaatst worden naar een andere afdeling in het WKZ en/of een ander ziekenhuis. Vaak is dit een ziekenhuis dichterbij huis. De overplaatsing is een belangrijke tussenstap op weg naar huis. Van veel ouders horen we dat dit voor hen een fijn, maar ook spannende moment is. Natuurlijk wordt uw kind pas overgeplaatst zodra het hier echt klaar voor is. Wij hebben een folder die u informeert over de overplaatsing en ook folders met informatie over de neonatologie afdelingen in de regio Utrecht. Vanuit het ziekenhuis bij u in de buurt zal uw kind meestal rond de uitgerekende datum naar huis gaan.

Follow-up uitklapper, klik om te openen

Wij zullen de meeste kinderen na ontslag naar huis nog meerdere keren terugzien op de polikliniek. Tijdens deze controles zullen we onderzoeken hoe uw kind zich ontwikkelt. Mocht het nodig zijn, kunnen wij u advies geven of zorgen voor extra hulp. Door kinderen langere tijd te volgen, leren wij ook meer over de ontwikkeling van vroeggeboren kinderen op lange termijn. Met wetenschappelijk onderzoek kunnen we de zorg steeds beter maken voor te vroeggeboren kinderen die nu of in de toekomst geboren worden.

Wij hopen dat we u met deze folder hebben kunnen helpen voorbereiden op de mogelijke vroeggeboorte van uw kind. Wij zullen onze uiterste best doen om goed voor uw kind en voor u te zorgen in deze intense periode.

Zorgverleners op de NICU uitklapper, klik om te openen

Er is een heel team van mensen betrokken bij de behandeling van uw kind. Ieder teamlid is even belangrijk om goede zorg te kunnen leveren aan te vroeggeboren kinderen en hun ouders. De kleur van de letters geeft aan welke kleur naamkaartje (ziekenhuispas) de zorgverleners dragen.

  • Neonatologieverpleegkundige: Dit is een verpleegkundige die opgeleid is om voor pasgeboren kinderen op een intensive care te zorgen.
  • Zorgassistent: Dit is een zorgprofessional die ondersteunt bij de taken van de verppleegkundige.
  • Neonatoloog: Dit is een kinderarts gespecialiseerd in de zorg voor pasgeboren kinderen die intensieve zorg nodig hebben.
  • Fellow neonatologie (fellow): Dit is een kinderarts die bezig is met de opleiding tot neonatoloog.
  • Physician assistant (PA): Spreek uit: pie-ee. Dit is een zorgverlener (vaak verpleegkundige) die, na een extra opleiding te hebben afgerond, taken van de neonatoloog/fellow kan overnemen.
  • Arts-assistent in opleiding: Ook AIOS genoemd. Dit is een basisarts die bezig is met de opleiding tot kinderarts.
  • Voedingsassistent: Dit is een zorgverlener die de voeding (melk) klaarmaakt.
  • Fysiotherapeut: Dit is een therapeut die kijkt naar de bewegingen en ontwikkeling van uw kindje en tips geeft hoe u beweging bij uw kindje het beste kunnen stimuleren.
  • Maatschappelijk werk: Dit is een zorgverlener die psychische en praktische begeleiding kan bieden aan u. 

Contactpersonen uitklapper, klik om te openen

EVA: Dit is de Eerst Verantwoordelijk Arts/PA. In de eerste dagen na de opname van uw kind op onze afdeling wordt 1 arts of 1 physician assistant aangewezen als uw contactpersoon. Deze persoon zal wekelijks met u spreken en de behandeling van uw kind in de gaten houden.

EVV: Dit is de Eerst Verantwoordelijk Verpleegkundige. In de eerste dagen na de opname van uw kind op onze afdeling wordt 1/worden enkele verpleegkundigen aangewezen die de hoofdlijnen van de verpleegkundige zorg voor uw kind volgen.

Contact uitklapper, klik om te openen

Afspraken: maandag t/m vrijdag van 8.00 uur tot 17.00 uur. Polikliniek Verloskunde, kies optie 2. Polikliniek Foetale Geneeskunde, kies optie 3.

Polikliniek Verloskunde

088 755 40 10

Overige contactgegevens

Medische vragen/ klachten: 24 uur per dag, tel: 088 755 4010

  • Triage afdeling, optie 1 

Denkt u dat u gaat bevallen? 24 uur per dag, tel: 088 755 8910

  • Verloskamers

Bent u patiënt en hebt u vragen? Als patiënt van het UMC Utrecht hebt u toegang tot het patiëntportaal Mijn UMC Utrecht. U kunt hier bijvoorbeeld bekijken welke afspraken er gepland staan in het UMC Utrecht, welke medicijnen u gebruikt en wat uw uitslagen zijn. 

Hebt u een andere vraag? Vul dan het formulier in.

Bedankt voor uw reactie!

Heeft deze informatie u geholpen?
Graag horen we van u waarom niet, zodat we onze website kunnen verbeteren.

Contact

Afspraken

Praktisch

hetwkz.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet