Terug

Glucose-tolerantietest

Glucose-tolerantietest

Patiëntfolder

Informatie voor ouders

Uw kind komt voor een onderzoek, behandeling of ingreep naar het ziekenhuis. Ieder kind en iedere ouder beleeft dit op zijn eigen manier. Het kan zijn dat er sprake is van spanning of onzekerheid. U en uw kind krijgen te maken met een nieuwe wereld, nieuwe mensen en onbekende situaties. Wij vinden het belangrijk om u en uw kind hierbij goed te begeleiden.

Deze folder is bedoeld om uw kind voor te bereiden. Maar ook om u te informeren over wat er gaat gebeuren. Als jullie weten wat jullie te wachten staat, geeft dat een gevoel van zekerheid en vertrouwen.

Een deel van de voorlichting gebeurt in het ziekenhuis. De arts bespreekt met u, en als het mogelijk is ook met uw kind:

  • Waarom uw kind dit onderzoek, deze behandeling of ingreep krijgt
  • Hoe we dit onderzoek, deze behandeling of ingreep doen

Thuis stellen kinderen vaak meer vragen dan in het ziekenhuis. Uw kind vertrouwt u. Daarom kunt u het beste uitleggen wat er gaat gebeuren. U weet welke informatie uw kind begrijpt en kan verwerken. Deze folder helpt u bij de voorbereiding.

Lees de folder éérst zelf. Zodat u goed weet wat er gaat gebeuren. U kunt de tekst daarna voorlezen of in uw eigen woorden navertellen. Oudere kinderen kunnen natuurlijk zelf (mee)lezen. Bespreek achteraf samen of alles duidelijk is. Schrijf eventuele vragen op, zodat jullie die nog kunnen stellen in het ziekenhuis.

Verderop staan tips hoe u uw kind kunt voorbereiden en begeleiden bij het onderzoek, de behandeling of de ingreep.

Jongeren en WGBO: jouw rechten in de medische zorg

https://www.hetwkz.nl/nl/voorlichting/jongeren-en-wgbo/folder wgbo qr code

Je komt in ons ziekenhuis voor een onderzoek: een glucose-tolerantie-test.  

Wat betekent dat?

  1. Glucose = is een ander woord voor suiker
  2. Tolerantie = een ander woord voor verdragen
  3. Test = een ander woord voor onderzoek

We kijken tijdens dit onderzoek hoe jouw lichaam omgaat met een grote hoeveelheid suiker. Daarom krijg je glucose in de vorm van suikerwater te drinken. We kijken wat er dan in jouw lichaam gebeurt. Dat zien we in je plas en in je bloed. Ook willen we steeds weten hoe jij je voelt.

Het onderzoek duurt ongeveer 4,5 uur.

Een glucose-tolerantie-test doet geen pijn. Om je bloed te kunnen testen krijg je een infuus.

Als het te moeilijk is voor jou om het suikerwater te drinken, krijg je een slangetje in je neus. Dat noemen we een sonde. Het glucosewater kan door de sonde naar je maag.

Er mag iemand bij je blijven tijdens de glucose-tolerantie-test. Je vader, moeder, of iemand anders die je graag bij je hebt. 

De glucose-tolerantie-test wordt gedaan op een verpleegafdeling. Je blijft daar een dag en een nacht.

Voorbereiding uitklapper, klik om te openen

Wat moet je van tevoren weten? 

  • Je blijft een nachtje in het ziekenhuis.
  • Vanaf twaalf uur in de nacht vóór het onderzoek mag je niets meer eten. Je mag dus niet ontbijten!
  • Je mag alleen nog water drinken.
  • Als je medicijnen slikt, neem je die in nadat je suikerwater hebt gekregen. Je mag je medicijnen gewoon innemen met een slokje water.

Kom je van thuis, neem dan mee …

Het onderzoek duurt lang. Neem daarom iets mee om je te vermaken. 

In de folder ‘Opname in het Wilhelmina Kinderziekenhuis’ staat wat je nog meer meeneemt naar het ziekenhuis, omdat je een nachtje blijft slapen.  

Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen

Wat doen wij vóór de test begint?

Infuus inbrengen

Tijdens de glucose-tolerantie-test nemen we regelmatig wat bloed af voor onderzoek. We willen je daarvoor niet iedere keer opnieuw prikken. Daarom krijg je een infuus met een knopje waarmee we het slangetje kunnen openen en sluiten. We noemen dit ook wel een kraantje of heparineslot. Door het kraantje te draaien nemen we gemakkelijk bloed af. We nemen bloed af in de behandelkamer.

*Wat is een infuus? 

Je krijgt een infuus. Dit is om de (slaap) medicijnen te kunnen geven en soms ook om bloed af te nemen. Je krijgt een prik in je hand of je arm. Na die prik blijft er een dun, plastic buisje in je bloedvat zitten. Dit noemen we een infuus. Via dat buisje komen de medicijnen in je lichaam. Ook kunnen we via het infuus bloed afnemen. Een prik kan pijn doen. We kunnen een spray op je huid spuiten waardoor je op die plaats minder voelt; de huid wordt verdoofd. De spray ruikt naar banaan en noemen we dan ook vaak bananenspray. Hij voelt alleen een beetje koud aan. Als de bananenspray is ingewerkt, voel je minder van de prik. Als het infuus goed zit krijg je een spalk. Dit is een soort plankje dat we met pleisters en verband vastmaken onder je arm. Dit helpt om je arm recht te houden. 

Wil je meer weten over een infuus? Kijk dan op www.hetwkz-kind.nl of vraag de folder over het infuus.

Suikerwater innemen

Je moet binnen tien minuten een vol glas water drinken waarin glucose is opgelost (suikerwater). Dit smaakt zo zoet dat het niet meer lekker is. 

Voor sommige kinderen, bijvoorbeeld die wat jonger zijn, lukt het niet om het suikerwater binnen 10 minuten op te drinken. Dan geven we het suikerwater via een dun slangetje in je een neus (een sonde). De functie-assistente overlegt met je ouders en jou hoe het bij jou gaat: uit het glas drinken of met een sonde.

Een sonde inbrengen gaat zo:

  • De verpleegkundige neemt een sonde die goed bij jouw lengte past.
  • Ze meet hoe ver de sonde in je neus moet. Dit doet ze door de punt bij je buik te houden en de sonde dan achter je oor langs naar je neus te houden.
  • Jij kiest in welk neusgat je de sonde wilt.
  • De verpleegkundige plakt een ronde pleister op je wang naast dat neusgat. Daarmee plakken we later de sonde vast.
  • Dan gaat het slangetje in je neus. Het gaat het beste als jij probeert te slikken.
  • Een sonde inbrengen voelt vervelend. Soms kun je het gevoel krijgen dat je moet overgeven.
  • Probeer rustig adem te halen.
  • De verpleegkundige controleert of de sonde goed zit door met een stethoscoop naar je maag te luisteren. Ze maakt een spuitje vast aan het uiteinde van de sonde. Zo spuit ze wat lucht door de sonde in je maag. Met de stethoscoop kan ze horen dat het hierdoor borrelt in je maag.
  • Als de sonde goed zit, plakt ze hem vast op je wang.
  • Door de sonde krijg je het suikerwater in je maag.
  • Daarna halen we de sonde er weer uit. Dit kriebelt in je keel. De pleister gaat weer van je wang af.

Hoe doen we de glucose-tolerantie-test

Bloed afnemen

Een functie-assistent neemt een aantal keer (vaak 9 keer) één of meer buisjes bloed af via het kraantje. Dat doet geen pijn. Daarna spuit de functie-assistent ‘heparine’ in het infuus. Dit is een antistollingsmiddel en zorgt ervoor dat we het infuus steeds weer kunnen gebruiken. Dit voelt een beetje koud of kriebelig aan. Daarna draait ze het kraantje weer dicht. 

Plassen

Al je moet plassen mag dat niet gewoon op de WC. Je plast dan op een po. Zo kunnen we je plas opvangen en onderzoeken.

Voor ouders: 

Als uw kind nog niet zindelijk is, krijgt het een plaszakje aangeplakt. 

Kijken hoe jij je voelt (observeren)

Tijdens het onderzoek blijf je op de afdeling. De verpleegkundigen, artsen en de functieassistent kijken goed hoe het met je gaat. Maar je mag tijdens de glucose-tolerantie-test gewoon alles doen. Je kunt bijvoorbeeld spelen, lezen, TV kijken of slapen. Tijdens de test moet je wel water blijven drinken, maar je mag al die tijd niet eten. Het kan zijn dat je je niet zo lekker gaat voelen. Zeg tegen de verpleegkundige of de functie-assistent waar je last van hebt.

Na het onderzoek uitklapper, klik om te openen

Als het onderzoek afgelopen is, mag je weer eten en drinken. Je mag weer alles doen wat je voor het onderzoek ook mocht. We halen het infuus er uit. Als je alleen voor de glucose-tolerantie-test in het ziekenhuis kwam, mag je naar huis.

De uitslag

De uitslag krijg je van de dokter die de test aanvraagt. Dat gebeurt tijdens een afspraak op de polikliniek. Meestal is dit ongeveer 8-10 weken na het onderzoek. De dokter bespreekt dan met jou en je ouders wat de resultaten van de test zijn.

Bijwerkingen

Je krijgt een grote hoeveelheid suiker in je lichaam en je mag lang niet eten. Daardoor voel je je misschien niet lekker. Vertel aan de verpleegkundige of de functie-assistent waar je last van hebt.

Complicaties

Zelfs als een onderzoek helemaal goed is gedaan (“volgens het boekje”), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen noemen we complicaties.

Bij een glucose-tolerantie-test is er geen kans op complicaties. Een glucose-tolerantie-test is veilig. Je wordt er niet ziek van. Je klachten worden er ook niet erger door.

Heb je nog vragen?

  • Schrijf ze op, dan kun je ze niet vergeten. Je kunt ze stellen als je in het ziekenhuis bent.
  • Voor vragen over de glucose-tolerantie-test kun je bellen met de afdeling Metabole ziekten:

• van maandag tot en met donderdag

• telefoonnummer: 088 75 540 70 en vraag naar de functieassistent van de afdeling Metabole Ziekten

  • Voor andere vragen of advies kun je bellen met een pedagogisch medewerker via het secretariaat Pedagogische Zorg:

• Telefonisch: kantoordagen van 09.00 - 16.00 uur, 088 75 754 24

• Per mail: pedagogischspreekuur@umcutrecht.nl

• Persoonlijk: kantoordagen van 13.30 -14.30 uur, 4e verdieping, richting sportdakterras, eerste deur links na de klapdeur

Je ouders kunnen deze nummers ook bellen.

Contact uitklapper, klik om te openen

Polikliniek Metabole ziekten

088 7554070

De afdeling is bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 17.00 uur. 

Voor ouders: voorbereiding en begeleiding

https://www.hetwkz.nl/nl/uw-kind-voorbereiden tips qr code

Bedankt voor uw reactie!

Heeft deze informatie u geholpen?
Graag horen we van u waarom niet, zodat we onze website kunnen verbeteren.

Contact

Afspraken

Praktisch

hetwkz.nl maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van cookies Deze website toont video’s van o.a. YouTube. Dergelijke partijen plaatsen cookies (third party cookies). Als u deze cookies niet wilt kunt u dat hier aangeven. Wij plaatsen zelf ook cookies om onze site te verbeteren.

Lees meer over het cookiebeleid

Akkoord Nee, liever niet