Je komt naar ons ziekenhuis voor een onderzoek: ‘EEG na slaapdeprivatie’.
Dat is een onderzoek van je hersenen. Je hersenen zenden de hele tijd berichtjes uit. Dat noemen we signalen. De dokter kan deze signalen gewoon door je schedel en je haren heen meten.
Een gewoon EEG heb je misschien wel eens gehad. We meten dan de werking van je hersenen.
EEG is een afkorting van:
Electro = elektrische activiteit
Encephalo = hersenen
Grafie = het opschrijven van gegevens
Slaapdeprivatie betekent letterlijk: onthouding van slaap of slaaptekort. We gaan dus een EEG maken als je van tevoren weinig hebt geslapen. Met een ‘EEG na slaapdeprivatie’ kan de dokter onderzoeken of je epilepsie hebt en hoe dat komt.
Het onderzoek duurt ongeveer 2 uur.
Een EEG maken kan op sommige momenten pijnlijk zijn.
Er mag iemand bij je blijven tijdens het EEG. Je vader, moeder, of iemand anders die je graag bij je hebt.
Voor een EEG kom je naar de afdeling Klinische Neurofysiologie.
Locatie WKZ - 1ste verdieping – receptie 16
Je hersenen en je zenuwstelsel
Het zenuwstelsel speelt een belangrijke rol in je lichaam, bij alles wat je doet en wat je voelt.
Zenuwen zijn eigenlijk net autowegen. Auto’s rijden van het ene naar het andere punt. Je zenuwen geven op dezelfde manier berichtjes door. Dat noemen we signalen. Die signalen ‘reizen’ heen en weer tussen je hersenen en je spieren. Daardoor kun je bewegen, voelen, zien, horen, ruiken en proeven. Als er op de autoweg een file is, rijdt het verkeer langzamer. Soms staat het zelfs helemaal stil. Dat kan ook in je lichaam gebeuren als de signalen van en naar je hersenen vastlopen. Dan kun je bijvoorbeeld niet goed meer zien of horen. Of je kunt een bepaalde beweging niet goed meer maken.
Het zenuwstelsel bestaat uit:
- de hersenen
- hersenstam
- ruggenmerg
De hersenen
Je hersenen zitten in je hoofd, onder je schedel. Ze werken heel ingewikkeld. Je hersenen zorgen ervoor dat er van alles in je lichaam gebeurt. Bijvoorbeeld dat je kunt zien, horen, ruiken, proeven en voelen. Ze regelen ook dat je kunt bewegen en dat je temperatuur goed blijft. En je kunt er natuurlijk mee nadenken en dingen onthouden. Je hersenen zorgen er ook voor dat jij je blij, boos of verdrietig voelt.
Hersenstam
De hersenstam is het onderste gedeelte van je hersenen. Het is de automatische piloot van je lichaam. De hersenstam regelt de dingen die je lichaam doet zonder dat je er over na hoeft te denken. Bijvoorbeeld ademhalen en je bloeddruk regelen. Je hersenstam zorgt er ook voor dat je lichaam eten en drinken goed verwerkt.
Ruggenmerg
Het ruggenmerg bestaat uit een dikke bundel zenuwen. Die zenuwen zijn de hoofdverbinding tussen je hersenen en de rest van je lichaam. Ze lopen door je wervelkolom, van je nek tot je stuitje. Zenuwen zorgen ervoor dat alle signalen uit je lichaam naar je hersenen gaan. Je hersenen zetten de signalen om in een actie in je lichaam. Bijvoorbeeld:
- Je stoot je grote teen.
- Via de zenuwen in je grote teen gaat er een signaal naar het ruggenmerg.
- Via het ruggenmerg gaat het signaal naar je hersenen.
- Je hersenen geven dan weer een signaal terug naar verschillende delen van je lichaam.
- Jij trekt je voet terug, grijpt hem vast met je hand en de tranen springen in je ogen. Dat gaat allemaal vanzelf.
Om de hersenen en het ruggenmerg zitten beschermende vliezen, en een waterige vloeistof: het hersenvocht.
Dit hersenvocht doet twee dingen:
- het beschermt de hersenen en het ruggenmerg.
- het vervoert voedingsstoffen en afvalstoffen.
Voorbereiding uitklapper, klik om te openen
Vóór het EEG
Wat moet je van tevoren weten?
De dag vóór het onderzoek moet je goed je haren wassen. Daarna mag je geen gel of haarlak meer gebruiken. Schoon haar en een schone hoofdhuid zorgen ervoor dat het onderzoek gemakkelijk gaat.
Je haar mag niet nat zijn tijdens het onderzoek.
Kom je van thuis, neem dan mee:
- vertrouwd speelgoed of een (voor)leesboek
- iets te drinken
- iets om wakker mee te blijven
Waarom en hoe lang mag je niet slapen?
Waarom voeren we het onderzoek uit als je moe bent?
Bij andere onderzoeken die we tot nu toe bij jou gedaan hebben, konden we geen oorzaak voor je klachten vinden. We weten dus nog niet of je epilepsie hebt. Als je weinig hebt geslapen en moe bent, is de kans groter dat er een epileptische aanval komt. Een aanval is eigenlijk een kleine storing in je hersenen waardoor je even wegraakt. Ook kan het zijn dat al je spieren opeens heel strak worden. We gaan dit dus een beetje uitlokken. We proberen een epileptische aanval tijdens het onderzoek te meten via de computer. Dan kunnen we misschien een oorzaak voor jouw klachten vinden. Als we meer weten over de oorzaak, weten we ook beter welke behandeling het best bij jou past.
Hoe lang van tevoren mag je niet slapen?
Natuurlijk hoef je niet de hele nacht wakker te blijven. Het hangt van je leeftijd af hoelang je wakker moet blijven.
In dit schema kun je zien aan welke tijden jij je moet houden:
Leeftijd | Naar bed | Opstaan en wakker blijven | Dagdeel EEG |
---|---|---|---|
0 - 2 jaar | Gewone tijd | 06.00 - 07.00 uur | Begin middag |
2 - 4 jaar | Gewone tijd | 05.00 uur | Begin middag |
4 - 6 jaar | 22.00 - 23.00 uur | 05.00 uur | Begin middag |
6 - 10 jaar | 24.00 uur | 05.00 uur | Begin middag |
10 - 16 jaar | 24.00 uur | 03.00 uur | Ochtend |
De nacht voor het onderzoek ben je meestal in het ziekenhuis, op afdeling Dolfijn (vanaf 19.00 uur). We rekenen erop dat je vader of moeder mee komt. Hij of zij kan je dan helpen om wakker te blijven. Misschien kun je samen spelletjes doen of naar muziek luisteren. In overleg met de dokter kan je eventueel ook ’s nachts thuis blijven, dan moet je daar wakker blijven.
Tijdens het onderzoek uitklapper, klik om te openen
Hoe werkt het EEG-apparaat?
Tijdens een EEG meten we jouw hersenactiviteit. Dat kun je zien op een beeldscherm. Bij het onderzoek gebruiken we elektroden en een EEG-apparaat. Een elektrode is een metalen dopje met een draad eraan. Dit is verbonden met het EEG-apparaat, dat is een soort computer. Deze elektroden zijn even een soort boodschappers of internetkabeltjes. Ze geven aan de computer door wat er in jouw hersenen gebeurt.
Op het beeldscherm zijn allemaal lijntjes te zien. Dit zijn de signalen die je hersenen uitzenden. Door deze lijnen goed te bestuderen, kunnen we zien wat er in je hersenen gebeurt.
Hoe maken we een EEG?
Het onderzoek gebeurt in een behandelkamer. Je ligt op een onderzoeksbank. Je vader en/of je moeder mogen bij je blijven. Een laborant doet het onderzoek. Hij (of zij) vertelt je steeds wat hij doet.
Het EEG maken bestaat uit twee onderdelen.
1. Het opplakken van de elektroden (± 30 minuten)
- Met een rood of blauw potlood zet de laborant 25 kruisjes op je hoofd. Dat kriebelt een beetje. Deze kruisjes zet hij niet zomaar ergens neer, maar hij meet steeds heel precies de afstanden tussen de kruisjes.
- Hij maakt alle 25 plekjes schoon met een wattenstaafje met scrubpasta. Dit is een soort zalf met hele kleine korreltjes erin.
- Zodra dit klaar is, plakt hij op elk kruisje een elektrode.
- De elektroden kunnen we op twee manieren opplakken:
-Met kleefpasta, dit is dik en lijkt een beetje op boter. Deze kleefpasta doen we op de elektrode en drukken hem dan op je hoofd. Om de elektrode goed vast te zetten doen we er een plukje haar overheen. Op de plekken op je hoofd waar geen haar zit, gebruikt de laborant een pleistertje.
-Met een soort lijm. Dit ruikt niet lekker en kan koud aanvoelen. We houden de elektrode op je hoofd en plakken deze vast met lijm. Om de elektrode goed vast te zetten doen we er een plukje haar overheen. Met wat koude lucht blazen we de lijm snel droog.
- De laborant vertelt van tevoren welke manier hij gebruikt en waarom.
- Ook op je linkerarm, schouder of hand krijg je een elektrode. Die is bedoeld om je hartslag te meten.
- Als alle elektroden geplakt zijn, controleert de laborant of de computer van alle elektroden de signalen goed door krijgt.
- Is alles in orde? Dan beginnen we met meten.
- Is het nog niet in orde? Dan zijn er twee manieren om te zorgen dat een elektrode de signalen wel goed doorgeeft:
-De laborant maakt de elektrode een beetje los en gaat opnieuw met de scrubpasta over je hoofdhuid.
-De laborant spuit wat gel op je hoofdhuid via het gaatje in de elektrode. Dit gebeurt met een stompe naald. Het kan een onprettig gevoel zijn, het krast over je hoofdhuid.
De laborant controleert of alle elektroden goed contact maken met je hoofdhuid. Dan pas krijgt de computer de signalen goed door.
- Als alle elektroden goed zitten doet de laborant soms nog een haarnetje over je hoofd. Dan blijven de elektroden extra goed zitten.
- Daarna begint de laborant met meten.
Sem (10 jaar): “25 draden, weet je hoeveel dat is. Ik was net een meisje met die lange draden op mijn hoofd. Maar niemand lachte me uit.”
2. Het meten van je hersenactiviteit (±60 minuten)
Tijdens het onderzoek moet je goed stil liggen. Zo kunnen we alle signalen goed opvangen.
In de eerste 10 minuten moet je wat kleine opdrachtjes uit voeren, bijvoorbeeld:
- een paar keer je ogen open en dicht doen
- een vuist maken
- hard blazen
- kijken naar een plaat
- naar een flitslamp kijken, net alsof je in de disco bent
Na 10 minuten doen we de lampen uit en mag je gaan slapen.
Je hersenen en de elektroden doen het werk terwijl jij slaapt. De laborant kijkt dan steeds op het beeldscherm waarop de lijntjes te zien zijn. Het meten doet geen pijn.
Je wordt wakker gemaakt. Misschien vind je het een beetje raar om met al die draadjes op je hoofd wakker te worden.
Als we alles goed in beeld hebben gebracht is het onderzoek klaar.
Na het onderzoek uitklapper, klik om te openen
Na het EEG
De laborant haalt de elektroden weer van je hoofd en je arm af.
De kleefpasta haalt de laborant zoveel mogelijk van je hoofd en haren af met water of alcohol. Dit heeft een speciale geur. De lijm en de gel gaan minder gemakkelijk uit je haren. Daarvoor moeten we goed poetsen met een oplosmiddel. Dit heeft een speciale geur. We proberen het poetsen zo voorzichtig mogelijk te doen. Toch is dat niet zo prettig, dat poetsen op je hoofd. Daarna kun je zelf je haren goed kammen en weer gewoon wassen.
Na het EEG ga je weer naar huis of naar de afdeling.
De uitslag
De uitslag krijg je, na 7-10 dagen, van de dokter die het onderzoek heeft aangevraagd.
De dokter bespreekt dan met jou en je ouders wat er op het EEG te zien is. Dit kan op de polikliniek of via de telefoon. Als je opgenomen bent, krijg je de uitslag van de zaalarts.
Bijwerkingen
Bij een ‘EEG na slaapdeprivatie’ heb je geen last van bijwerkingen. Door een EEG krijg je er dus geen nieuwe klachten bij.
Complicaties
Zelfs als een onderzoek helemaal goed is gedaan ("volgens het boekje"), kunnen er problemen ontstaan. Zulke problemen noemen we complicaties.
Bij een ‘EEG na slaapdeprivatie’ is er geen kans op complicaties. Een EEG is veilig. Je wordt er niet ziek van. Je klachten worden er ook niet erger door.
Contact uitklapper, klik om te openen
Als u een afspraak wilt maken op de polikliniek kinderneurologie, hebt u een verwijzing nodig van uw huisarts of specialist.
Polikliniek Neurologie
Bereikbaar: maandag 8.30 tot 12.00 uur woensdag 8.30 tot 12.00 uur donderdag 13.30 tot 16.30 uur vrijdag 8.30 tot 12.00 uur