Koeling (hypothermie)

Total body cooling

In Nederland maken we gebruik van ‘total bodycooling. Dit houdt in dat we uw kind in een soort matrasje ( een wrap) wikkelen. Met koel water dat hier doorheen stroomt brengen we de lichaamstemperatuur van uw kind terug naar 33,5 °C. Met twee thermometers meten we voortdurend de temperatuur van uw kind.

Cerebrale functie monitor (cfm)

Op het hoofd van uw baby zijn 5 naaldjes geplaatst waarmee we de hersenactiviteit kunnen registreren (aEEG) ook wel (CFM) genoemd. Door het zuurstoftekort kan er namelijk sprake zijn van convulsies (epileptische aanvalletjes), dit registreren we met een aEEG. Deze convulsies ontstaan meestal in de eerste 24 uur na de geboorte, maar soms ook later. Deze convulsies kunnen variëren in ernst, van weinig opvallend tot schokken van ledematen of adempauzes.

Registratie

We plaatsten op één of beide kanten van het hoofd van uw kind een sensor die het zuurstofgehalte in de hersenen meet (de NIRS). Naast deze registratie maakt de arts regelmatig een echo van het hoofd om de hersenen te beoordelen.

Uw baby ligt aan de monitor die de hartfrequentie, bloeddruk, zuurstofgehalte in het bloed en de ademhaling registreert. De hartfrequentie zakt door het koelen met ongeveer 14 slagen per minuut bij elke graad temperatuurdaling. Een lage hartslag van 70-90 slagen per minuut (bradycardie) is dus normaal.

Verdere behandeling

Uw kind heeft verschillende infusen. De arts heeft in de navelvaten of grote bloedvaten infusen ingebracht. Hiermee meten we de bloeddruk gemeten, geven we medicijnen en voeding en kunnen we pijnloos bloed afnemen.

Daarnaast heeft uw kind een blaaskatheter om de urineproductie bij te houden. Om er voor te zorgen dat uw baby comfortabel is, krijgt het pijnstilling (bijvoorbeeld morfine) en kan het zijn dat uw baby een slaapmiddel krijgt. Door deze medicatie kan het zijn dat uw baby niet meer voldoende zelfstandig kan ademen. In dat geval wordt uw baby geholpen met de ademhaling.

Comfort

Comfort is heel belangrijk voor uw kind omdat stress het koelingseffect tegenwerkt. Stress moet dus worden vermeden. Dit doen we door de handelingen die moeten gebeuren zoveel mogelijk te bundelen. Als ouder kun je meehelpen in de zorg voor uw baby, troosten van uw baby is belangrijk.

Mogelijke complicaties

De lichaamstemperatuur is van invloed op de ademhaling, de circulatie van het bloed en de stofwisseling. Door het koelen kan dit allemaal ontregeld raken en kunnen er complicaties optreden. Verder is door de lage lichaamstemperatuur de huid erg kwetsbaar geworden. Zoals eerder gezegd houden daarom bij koeling artsen, verpleegkundigen en apparatuur uw kind voortdurend in de gaten.

Opwarmen

Na 72 uur wordt uw baby langzaam opgewarmd tot een normale lichaamstemperatuur. Dit zal gaan met 0,2 °C per 30 minuten. Dit betekent dat er na acht uur een normale lichaamstemperatuur is. De registratie van de hersenactiviteit (door middel van aEEG) zal doorgaan tijdens de opwarmfase en de periode daarna. Tijdens het opwarmen is er een iets verhoogde kans op het optreden van convulsies. Wanneer dit voorkomt wordt het opwarmen gestaakt en wordt deze convulsie behandeld met medicijnen. Na de behandeling wordt het opwarmen hervat.

De temperatuur moet goed worden bewaakt na het opwarmen, omdat de kans bestaat dat de temperatuur te hoog wordt. Daarom wordt uw baby na het opwarmen nog 24 uur in het matrasje verpleegd.

MRI

Na de koelingsperiode van 72 uur en de opwarmfase voeren we een MRI onderzoek uit. Met dit onderzoek brengen we mogelijke hersenschade na het zuurstoftekort in kaart. De uitslag van het onderzoek is meestal de volgende dag bekend. De arts bespreekt de uitslag met u. Ook bepreekt de arts dan met u de mogelijke gevolgen voor de verdere behandeling.

Wat kunt u als ouder doen?

Uw baby is ernstig ziek. Het is voor u, als ouder een zware, emotionele en onzekere periode. Wanneer u op de intensive care neonatologie (NICU) komt ziet u dat er veel apparatuur is opgebouwd en is aangesloten op uw baby. Door de koeling van het lichaam ziet uw baby erg bleek en voelt het koud aan.
Als gevolg van de behandeling en de medicatie zal uw baby mogelijk niet (op u) reageren.

Het opschoot nemen van uw baby is nu niet vanzelfsprekend. Dit zal per moment afgewogen moeten worden of het haalbaar is met de ondersteuning die uw baby nodig heeft en of het veilig kan. Dat neemt niet weg dat u als ouder een heel belangrijke rol speelt bij deze ziekenhuisopname. Het is van groot belang dat u uw baby leert kennen en andersom. In overleg met de verpleegkundige kunt u ondersteunen bij de verzorging, een handje of voetje vasthouden en tegen uw baby praten of bijvoorbeeld voorlezen.

Vooruitzichten

Het is direct na de geboorte moeilijk te voorspellen welke gevolgen het zuurstofgebrek van de hersenen op uw kind zal hebben. Een periode van zuurstofgebrek kan voor een kind levenslange gevolgen hebben.

Wij beseffen dat dit een spannende tijd is voor u met veel onzekerheden. Wij zullen proberen de vragen die u heeft zo goed mogelijk te beantwoorden. Deze kunt u stellen aan de behandelend arts, verpleegkundige of maatschappelijk werkster.

Hebt u vragen?

Als u vragen hebt, bespreek deze dan met de behandelend arts of de verpleegkundige.